Search
Search
 
Zoeken
 
 
Zoeken
Biotoop
Project
 
   
 
Groepen
 
 
Pootkreeftjes (1)
Mosselkreeftjes (1)
 
   
 
Soorten
 
 
Data pager
Data pager
Page size:
PageSizeComboBox
select
 67 items in 7 pages
ZoekbeeldKenmerken
               
Data pager
Data pager
Page size:
PageSizeComboBox
select
 67 items in 7 pages
Blaasjeskrab
Hemigrapsus sanguineus

Blaasjeskrab
Hemigrapsus sanguineus

Krab. Marien en (licht) brak water. Rugschild tot 45 mm. Meest kenmerkend is de doorlopende dunne lijn net onder de ogen. Kleur groengrijs met donkere roodbruine tot donkerrode vlekken. Of donker met groenbeige vlekken. Meestal met duidelijk symmetrisch vlekkenpatroon op rugschild en lichte en donkere banden over de looppoten. Vierkant schild en drie tanden aan de zijkant. Poten van de mannetjes groter, met een bolle, lederachtige blaas aan de basis van het beweegbare schaardeel.  Zeeland, Waddengebied. Exoot, sterk toegenomen.
Main Image
 
Hemigrapsus sanguineus Krab. Marien en (licht) brak water. Rugschild tot 45 mm. Meest kenmerkend is de doorlopende dunne lijn net onder de ogen. Kleur groengrijs met donkere roodbruine tot donkerrode vlekken. Of donker met groenbeige vlekken. Meestal met duidelijk symmetrisch vlekkenpatroon op rugschild en lichte en donkere banden over de looppoten. Vierkant schild en drie tanden aan de zijkant. Poten van de mannetjes groter, met een bolle, lederachtige blaas aan de basis van het beweegbare schaardeel.  Zeeland, Waddengebied. Exoot, sterk toegenomen.Afmetingen: Rugschild tot 45 mm.
Kleur: Lichter groengrijs met veel donkere roodbruine tot zeer donkerrode vlekken. Of donker met lichtere, groenbeige vlekjes. Er is een duidelijk symmetrisch vlekkenpatroon op het rugschild aanwezig en er lopen opvallende lichte en donkere banden over de looppoten.
Rugschild: Een vierkant schild met een rechte voorrand en drie tanden aan de zijkant.
Poten: Mannetjes met een bolle, lederachtige blaas aan de basis van het beweeglijke bovendeel van de scharen. Niet aanwezig bij de vrouwtjes. De scharen van het mannetje zijn een stuk groter dan die van het vrouwtje.
Overig: Mannetjes worden groter dan vrouwtjes [N.B.: hier stond enige tijd per abuis vermeld dat juist de vrouwtjes groter worden; de praktijk wijst echter anders uit (met dank aan Mick Otten). Dit staat ook verkeerd aangegeven in de 'Basisgids strandvondsten' 2019].
 Exoot, afkomstig uit Azië of mogelijk Amerika waar de soort ook geïntroduceerd is. In 1999 voor het eerst ontdekt in Nederland. Sindsdien sterk toegenomen. Komt ook al voor in het Waddengebied.Getijdegebieden, vooral hoog in de getijdezone. 158417NederlandZoutwaterMOO|LIMP|SMP|Exoten
Blauwe zwemkrab
Callinectes sapidus

Blauwe zwemkrab
Callinectes sapidus

Krab. Mariene soort. Ook in brak water. Exoot uit Amerika. Schildbreedte tot 25 cm. Bovenkant rugschild olijfkleurig tot bruin, soms bijna zwart. Poten en (bij mannetjes) de scharen opvallend blauw. Vrouwtjes hebben rode scharen. Rugschild breed, aan beide kanten een  grote zijwaarts wijzende stekel. Achterste poten peddel-achtig afgeplat. Mannetjes worden groter dan vrouwtjes. Nu en dan individuen in (meestal) brak water.
Main Image
 
Callinectes sapidus Krab. Mariene soort. Ook in brak water. Exoot uit Amerika. Schildbreedte tot 25 cm. Bovenkant rugschild olijfkleurig tot bruin, soms bijna zwart. Poten en (bij mannetjes) de scharen opvallend blauw. Vrouwtjes hebben rode scharen. Rugschild breed, aan beide kanten een  grote zijwaarts wijzende stekel. Achterste poten peddel-achtig afgeplat. Mannetjes worden groter dan vrouwtjes. Nu en dan individuen in (meestal) brak water.

Afmetingen: Schildbreedte tot 25 cm.
Kleur: De soort dankt de naam aan de blauwe kleur van de poten en (bij mannetjes) de scharen. De bovenkant van het rugschild is olijfkleurig tot bruin, soms bijna zwart.
Vorm: Makkelijk te herkennen aan de kleur en het brede rugschild met aan beide kanten een zeer grote zijwaarts wijzende stekel. Het achterste paar poten is, zoals bij alle zwemkrabben, peddel-achtig afgeplat. Mannetjes hebben twee, vrouwtjes vijf buikplaten.
Poten: Volwassen vrouwtjes hebben rode scharen, mannetjes blauwe.  mannetjes worden groter dan vrouwtjes.

 

Meerdere malen gevonden in Nederland, o.a. in de Amsterdamse havens langs het Noordzeekanaal.Oorspronkelijk uit Amerika afkomstige exoot. Al in de jaren dertig in Nederland aangetroffen. De dieren leven langs de kust bij riviermondingen en kan in zowel zoet, brak als zout water overleven. Ze hebben een hoge temperatuurstolerantie, van enkele graden boven nul tot ruim 30º C. Het voedsel bestaat uit aas, andere organismen, waaronder zeesterren en soms ook kleinere krabben of andere kreeftachtigen. De dieren kunnen zich in grote hoeveelheden voortplanten. Bijna volwassen vrouwtjes produceren een feromoon dat mannetjes lokt. Er worden minstens twee keer eieren afgezet, per keer gemiddeld meer dan een miljoen. Het eerste larvestadium is vrijzwemmend, later volgen nog 7-8 andere stadia, tot de krab volwassen is. De larven kunnen alleen vervellen in water rond de 20º C. 107379NederlandZoutwaterMOO|SMP
Blauwpoot zwemkrab
Liocarcinus depurator

Blauwpoot zwemkrab
Liocarcinus depurator

Krab. Marien. De Blauwpootzwemkrab is een opvallende krab met een steenrood- of bruinrood rugschild. De naam heeft dit dier te danken aan de opvallend blauw gekleurde 'zwemvliesjes' van de twee achterste poten. Het meest onderscheidende kenmerk is dat het rugschild ruw is en bezet met duidelijke richels. Bij volwassen dieren kan het rugschild een breedte bereiken van iets meer dan vijf centimeter. Tussen de ogen staan drie duidelijk tanden. Wijfjes met eieren zijn gemakkelijk te herkennen. De eieren van deze soort zijn opvallend zwart van kleur.
Main Image
 
Liocarcinus depurator Krab. Marien. De Blauwpootzwemkrab is een opvallende krab met een steenrood- of bruinrood rugschild. De naam heeft dit dier te danken aan de opvallend blauw gekleurde 'zwemvliesjes' van de twee achterste poten. Het meest onderscheidende kenmerk is dat het rugschild ruw is en bezet met duidelijke richels. Bij volwassen dieren kan het rugschild een breedte bereiken van iets meer dan vijf centimeter. Tussen de ogen staan drie duidelijk tanden. Wijfjes met eieren zijn gemakkelijk te herkennen. De eieren van deze soort zijn opvallend zwart van kleur.Afmetingen: Mannetjes rugschild tot 67 mm breed en wijfjes tot 56 mm breed.
Kleur: Rugschild is rood/bruinrood gekleurd. De twee achterste peddels (poten) zijn tevens blauw gekleurd.
Rugschild: Ruw oppervlak bedekt met vele kleine haartjes.
Overig: Eitjes zijn makkelijk te herkennen aan de zwarte kleur. Deze Blauwpoot zwemkrab beweegt zich tevens ook zwemmend zijdelings door het water.
 De Blauwpoot zwemkrab is een zeldzame verschijning. Deze soort komt voor vanaf Noord Noorwegen tot Noord Afrika en in de Middellandse Zee. Het gebied met de grootste trefkans voor het vinden van deze soort bevindt zich in de driehoeksvorm: Zierikzee, Goese sas en Stavenisse.Getijdenzones tot 550 m diepte. Levend op zacht substraat zoals zandbodems en zandbodems gemengd met schelpen. Hard substraat wordt gemeden door deze soort. 107387NederlandZoutwaterMOO
Bolronde vlokreeft
Iphimedia minuta

Bolronde vlokreeft
Iphimedia minuta

Mariene vlokreeft. Het is een tamelijk bolvormige vlokreeft, met tanden op de achterrand van de staartsegmenten.
Main Image
 
Iphimedia minuta Mariene vlokreeft. Het is een tamelijk bolvormige vlokreeft, met tanden op de achterrand van de staartsegmenten.     102345NederlandZoutwaterMOO|Exoten
Brakwaterpok
Balanus improvisus

Brakwaterpok
Balanus improvisus

Zeepok (marien en brak water). Exoot. Tot 10 mm, (diam. 15 mm). Crémewit, wit. Flappen tussen de bovenste en onderste twee sluitplaten bij levend dier met witte en paarse spikkeltjes. Samengedrukt conisch. Wandplaten opvallend, onregelmatig geribbeld en goed op elkaar aansluitend. Zijflappen nauwelijks zichtbaar en diep gelegen. Sluitplaten met vier onduidelijke spitsen met een grote zijdelingse insnijding. Bodem vliezig, onopvallend. In een smalle litorale zone in brakwatergebieden, algemeen.
Main Image
 
Balanus improvisus Zeepok (marien en brak water). Exoot. Tot 10 mm, (diam. 15 mm). Crémewit, wit. Flappen tussen de bovenste en onderste twee sluitplaten bij levend dier met witte en paarse spikkeltjes. Samengedrukt conisch. Wandplaten opvallend, onregelmatig geribbeld en goed op elkaar aansluitend. Zijflappen nauwelijks zichtbaar en diep gelegen. Sluitplaten met vier onduidelijke spitsen met een grote zijdelingse insnijding. Bodem vliezig, onopvallend. In een smalle litorale zone in brakwatergebieden, algemeen.

Afmetingen: H tot 10 mm, diameter 15 mm.
Kleur: Crémewit, tot grijswit, vaak met begroeiing. De flappen tussen de bovenste en onderste twee sluitplaten zijn gevlekt met witte en paarse spikkeltjes.
Vorm: Breder dan hoog, samengedrukt conisch. De wandplaten zijn groot en opvallend en sluiten nagenoeg op elkaar aan. Ze zijn onregelmatig geribbeld. De inwendige kanaaltjes zijn met kalk opgevuld. Zijflappen nauwelijks zichtbaar en diep liggend. Sluitplaten: vier onduidelijke spitsen met een grote zijdelingse insnijding. Bodem vliezig, onopvallend, lijkt afwezig.

 Algemeen in Nederland, zij het in een smalle zone. De soort was in het bijzonder algemeen in de voormalige Zuiderzee en komt tegenwoordig nog voor in het Noordzeekanaal en in andere brakwatergebieden.Op stenen in het litoraal en sublitoraal in brakwatergebieden. xNederlandBrakwaterMOO|LIMP|SETL
Brakwatersteurgarnaal
Palaemonetes varians

Brakwatersteurgarnaal
Palaemonetes varians

Garnaal. Zout en (voornamelijk) brak water. Tot 5 cm. Grauwbruin tot vrijwel doorzichtig. Het rostrum is recht. Duidelijke strepen ontbreken.
Main Image
 
Palaemonetes varians Garnaal. Zout en (voornamelijk) brak water. Tot 5 cm. Grauwbruin tot vrijwel doorzichtig. Het rostrum is recht. Duidelijke strepen ontbreken.Afmetingen: Tot 5 cm lang.

Kleur: Grauw, doorzichtig, soms met vage bruingrijze vlekken of strepen. Geen gele ringetjes om de poten. Soms komen melkachtig witte exemplaren voor, vermoedelijk als gevolg van een ziekte. Witte exemplaren kunnen overigens ook bij andere soorten voorkomen, met name bij steurgarnalen uit het geslacht Palaemon.
Vorm: De bovenrand van het rostrum is voorzien van 3-6 tandjes. Het eerste tandje ligt iets achter de oogkassen. De onderkant draagt 2, soms 3 tandjes.
Poten: De vinger van de schaar van de tweede looppoot is iets minder dan de helft van de totale lengte van de schaar.

 In vrijwel alle kleine brakke binnenwateren in Zeeland en andere delen van het land.In Nederland voornamelijk beperkt tot brak tot vrijwel zoet binnenwater: in sloten, watergangen, kanalen etc. vaak in enorme aantallen. In zoutwater zo nu en dan nabij gemalen, vooral na perioden met veel neerslag. 107624NederlandBrakwaterMOO
Breedpootkrab
Portumnus latipes

Breedpootkrab
Portumnus latipes

Krab. Rugschild (carapax) tot 31 mm. Het schild is grijsbruin en wit gemarmerd, met vaak een egaal witte vlek. Vrijwel even hoog als breed, maar optisch langer lijkend door de versmallende achterzijde. Aan de voorrand van het schild, tussen de ogen, drie tanden. De middelste daarvan is het grootst. Op de voor-zijranden vijf stekelvormige tanden. Schaarpoten vrij kort, deels samengedrukt. De binnenhoek van de carpus van de schaarpoot heeft een stompe tand. 2e t/m 4e paar looppoten vrij kort, met puntige uiteinden. Laatste paar poten (zwempoten) aan het uiteinde ovaal, plat en bladvormig verbreed tot zwemvlies. Algemeen langs de kust, ingegraven in zand. Dieren en onderdelen spoelen regelmatig aan.

Main Image
 
Portumnus latipes 

Krab. Rugschild (carapax) tot 31 mm. Het schild is grijsbruin en wit gemarmerd, met vaak een egaal witte vlek. Vrijwel even hoog als breed, maar optisch langer lijkend door de versmallende achterzijde. Aan de voorrand van het schild, tussen de ogen, drie tanden. De middelste daarvan is het grootst. Op de voor-zijranden vijf stekelvormige tanden. Schaarpoten vrij kort, deels samengedrukt. De binnenhoek van de carpus van de schaarpoot heeft een stompe tand. 2e t/m 4e paar looppoten vrij kort, met puntige uiteinden. Laatste paar poten (zwempoten) aan het uiteinde ovaal, plat en bladvormig verbreed tot zwemvlies. Algemeen langs de kust, ingegraven in zand. Dieren en onderdelen spoelen regelmatig aan.

Afmetingen: Tot 31 mm (rugschild).
Kleur: Het rugschild (carapax) is grijsbruin gevlekt, in een gemarmerd patroon met lichtere (witte) vlekken. Achter het rostrum zit vaak een egaal witte, driehoekige vlek. (Bijna) egale grijsbruine exemplaren komen ook voor.
Rugschild: Vrijwel even hoog als breed, maar optisch gezien langer dan breed vanwege de sterk naar achteren versmallende achterzijde. Op de voorrand van het schild staan tussen de ogen drie tanden. De middelste is het grootst en steekt verder naar voren. Op de voor-zijranden (antero-Iaterale randen) staan vijf stekelvormige tanden.
Poten: De schaarpoten zijn vrij kort en deels samengedrukt. Aan de buitenkant zijn de pootsegmenten zwak gewelfd, aan de binnenzijde min of meer afgeplat. De binnenhoek van de carpus heeft een stompe tand, de buitenhoek is glad. Schaarvingers fijn getand op de snijvlakken. 2e t/m 4e paar looppoten vrij kort, aan de uiteinden puntig. Tot halverwege behaard. De overige segmenten van de looppoten zijn eveneens deels of geheel behaard. Van het laatste paar poten (de zwempoten) is het uiteinde ovaal, plat en bladvormig verbreed: het vormt een zwemvlies.
Overig: Antennen kort, Het omgeklapte abdomen van het vrouwtje is wat breder dan dat van het mannetje. Bij het mannetje zijn het derde tot en met zesde segment van het abdomen met elkaar vergroeid.

De Breedpootkrab vertoont in onze kustwateren opvallende fluctuaties in het voorkomen. Tot circa 1940 was het een vrij algemene krab aan het strand, maar vanaf die tijd begon een afname. Na 1948 nam de soort weer wat toe, om na 1956 zeer snel af te nemen. In 1958 werd het voorlopig laatste exemplaar waargenomen. Daarna was de Breedpootkrab volledig uit Nederland verdwenen tot 1979. Vanaf dat jaar nam de soort weer sterk toe.

De noordgrens van het verspreidingsgebied van de Breedpootkrab ligt in de zuidelijke Noordzee, ongeveer ter hoogte van ons land (er zijn ook meldingen uit Duitse en Deense wateren). Het voorkomen strekt zich zuidwaarts uit via de Britse eilanden (vanaf de Firth of Clyde in Schotland), Het Kanaal, de Atlantische Franse kust en die van het Iberisch schiereiland tot de Canarische Eilanden en de Azoren. Ook in de Middellandse Zee en Zwarte Zee. Een algemene verschijning langs onze kust. Schildjes, poten en complete, al dan niet nog levende dieren spoelen regelmatig aan langs de hele kust, met name vanaf het voorjaar tot in de herfst. Typische soort van de zandige, open Noordzeekust. In de Zeeuwse binnenwateren is de Breedpootkrab schaars of ontbreekt ze.

De dieren leven vanaf de getijdenzone tot diepten van circa 30 meter, steeds op zandbodems. Ze graven zich overdag meerdere (tot 10) centimeters diep in het zand in en fourageren 's nachts.

 

107400

NederlandZoutwaterMOO|LIMP|KOR
Bruingevlekte spookkreeft
Caprella equilibra

Bruingevlekte spookkreeft
Caprella equilibra

Mannetjes tot 22 mm, vrouwtjes tot 12 mm. Geelwit doorschijnend, vaak met oranje vlekken. Oog zwart, rondom soms roodoranje. Staafvormig, slank, gesegmenteerd lichaam. Twee paar kopantennes, die overgaan in een gesegmenteerde spriet (flagellum). Eerste antennepaar ongeveer even lang als de halve lichaamslengte, spriet met tot 15 segmenten. Tweede antennes een vijfde tot hoogstens een derde van lichaamslengte, met twee segmenten. Onderzijde tweede antennepaar met lange haren. Lichaam (rugzijde) glad, op soms wat gepaarde knobbels op segment 5 na. Kop glad en plat. Scharen van het subchelate type (klapscharen). Eerste paar schaarpoten (Gnathopoda), met kleine scharen, elk met op de propodus twee korte grijpstekels en een hoekige gifstekel. Randen van propodus fijn gekarteld. Scharen van tweede paar schaarpoten groter, met lange gebogen puntige dactylus en grote gifstekel binnenin op de propodus. De palm is behaard. Basis van schaar zeer kort en stevig. Geen poten aan middelste segmenten, wel ovale, flapvormige kieuwblaasjes. Bij vrouwtjes zit onder de buiksegmenten de broedbuidel, omgeven door twee buikplaten. Aan het achterlijf meerdere korte poten en twee zeer lange (pereiopoda 6 en 7), met 2 korte grijpstekls en eindigend in een kromme dactylus.
Main Image
 
Caprella equilibra Mannetjes tot 22 mm, vrouwtjes tot 12 mm. Geelwit doorschijnend, vaak met oranje vlekken. Oog zwart, rondom soms roodoranje. Staafvormig, slank, gesegmenteerd lichaam. Twee paar kopantennes, die overgaan in een gesegmenteerde spriet (flagellum). Eerste antennepaar ongeveer even lang als de halve lichaamslengte, spriet met tot 15 segmenten. Tweede antennes een vijfde tot hoogstens een derde van lichaamslengte, met twee segmenten. Onderzijde tweede antennepaar met lange haren. Lichaam (rugzijde) glad, op soms wat gepaarde knobbels op segment 5 na. Kop glad en plat. Scharen van het subchelate type (klapscharen). Eerste paar schaarpoten (Gnathopoda), met kleine scharen, elk met op de propodus twee korte grijpstekels en een hoekige gifstekel. Randen van propodus fijn gekarteld. Scharen van tweede paar schaarpoten groter, met lange gebogen puntige dactylus en grote gifstekel binnenin op de propodus. De palm is behaard. Basis van schaar zeer kort en stevig. Geen poten aan middelste segmenten, wel ovale, flapvormige kieuwblaasjes. Bij vrouwtjes zit onder de buiksegmenten de broedbuidel, omgeven door twee buikplaten. Aan het achterlijf meerdere korte poten en twee zeer lange (pereiopoda 6 en 7), met 2 korte grijpstekls en eindigend in een kromme dactylus.  

In Nederland in de Westerschelde.

Zie waarneming.nl van 1900 - 2017: Bruingevlekte spookkreeft.
Zie verspreidingsatlas.nl: Bruingevlekte spookkreeft.

  101830NederlandZoutwaterLIMP
Chinese wolhandkrab
Eriocheir sinensis

Chinese wolhandkrab
Eriocheir sinensis

Krab. Zoet, brak en zout water. Tot 8,5 cm breed bijna vierkant rugschild. Grijsgroene tot donkerbruin. Langs de zijkant van het rugschild aan beide zijden 4 tanden (achterste 2 minder opvallend), en aan de voorkant tussen de ogen ook 4 (2 maal 2) tanden. Looppoten normaal ontwikkeld en niet sterk verschillend. Schaarpoten sterk ontwikkeld, en voorzien van een forse dot haren (bij het vrouwtje iets minder dicht).   

Main Image
 
Eriocheir sinensis 

Krab. Zoet, brak en zout water. Tot 8,5 cm breed bijna vierkant rugschild. Grijsgroene tot donkerbruin. Langs de zijkant van het rugschild aan beide zijden 4 tanden (achterste 2 minder opvallend), en aan de voorkant tussen de ogen ook 4 (2 maal 2) tanden. Looppoten normaal ontwikkeld en niet sterk verschillend. Schaarpoten sterk ontwikkeld, en voorzien van een forse dot haren (bij het vrouwtje iets minder dicht).   

Afmetingen: tot 8,5 cm breed rugschild.
Kleur: Grijsgroene tot donkerbruin.
Rugschild: Vierkant.
Vorm:  Langs de zijkant van het rugschild aan beide zijden 4 tanden (achterste 2 minder opvallend), en aan de voorkant tussen de ogen ook 4 (2 maal 2) tanden. Looppoten normaal ontwikkeld en niet sterk verschillend. Schaarpoten sterk ontwikkeld, en voorzien van een forse dot haren (bij het vrouwtje iets minder dicht). 

  

Leeft zowel in stilstaande als stromende wateren, meestal in de buurt van de oever, vanwege meer schuilmogelijkheden en aanwezigheid van voedsel. De paaitijd is in het najaar in zoete en brakke wateren. De vrouwtjes trekken daarna naar zee. In deze tijd zijn ze vaak op strand te vinden, waar ze het volgende voorjaar hun eieren loslaten. De jonge krabben gaan terug naar het zoete water. Daarbij kunnen ze ver de rivieren op gaan, voornamelijk 's nachts. Na 2-5 jaar zijn de dieren volwassen.

 107451NederlandZoutwater|Brakwater|ZoetwaterMOO
Echte poliepvlo
Stenothoe marina

Echte poliepvlo
Stenothoe marina

Mariene poliepvlo. Leeft op Tubularia sp..
Main Image
 
Stenothoe marina Mariene poliepvlo. Leeft op Tubularia sp..     103166NederlandZoutwaterMOO
 
   
 
Instellingen
 
 


Kolommen
select
       
Indeling
select
        
Uiterlijk
select

Groepsnaam
select

Sortering groepsnaam
select



 
   

Diensten

Weekdieren (EU-Habitatrichtlijn)

Mariene soorten en ecologie

Contact

Stichting ANEMOON
Postbus 29
2120 AA Bennebroek

anemoon@cistron.nl

06-11442009

Back To Top