Zoekbeeld:
Hydropoliep. De poliep vormt sterk vertakte kolonies tot 20 cm hoog met assen tot 0.3 mm in doorsnede. Deze kolonies ontspringen uit een dun web van stolonen. De perisarc (buitenste omhulsel van chitine) is geelbruin en kan rimpelig of onduidelijk geringd zijn. De poliepen staan aan het eind van de assen en zijn knotsvormig. Elke poliep heeft 10-12 tentakels die in een krans rond de kegelvormige mondopening staan geplaatst. De mannelijke en vrouwelijke gonoforen (voortplantingsstructuren) staan op aparte kolonies. Mannelijke gonoforen zijn eivormig (0.4 mm lang) en hebben een kort steeltje. Vrouwelijke gonoforen zijn bolrond (0.15 mm in diameter). Mannelijke kolonies zijn meestal ook regelmatiger vertakt dan vrouwelijke kolonies.
Te verwarren met:
- Brakwaterpoliep Cordylophora caspia, een soort die ook veel in brakwatergebieden voorkomt en stuikjes kan vormen, maar de vorm van de poliepen zelf is zeer verschillend.
- Steriele kolonies van Berevachtpoliep vertonen ook grote gelijkenis met Bougainvillia muscus; voor onderscheid zijn de gonoforen nodig.
Areaal en verspreiding:
Atlantische Oceaan, Middellandse zee, Grote Oceaan, India, westkust Afrika, Australië.
In Nederland werd G. franciscana vooral veel gevonden in de voormalige Zuiderzee, en nu minder talrijk in o.a. de Westerschelde en het Noordzeekanaal.
verspreiding Nederland: Berevachtpoliep.
Habitat en ecologie:
deze soort groeit op vast substraat en kan ook voorkomen in gebieden met laag zoutgehalte.
Literatuur:
- Vervoort, W. (1981). NOTE ON THE DISTRIBUTION OF GARVEIA FRANCISCANA (TORREY, 1902) AND CORDYLOPHORACASPIA (PALLAS, 1771) IN THE NETHERLANDS. Feestbundel bij de opening van het Kolveniershof en het Rubenianum, 125.
Auteurs:
Luna van der Loos, Marco Faasse (juli 2019)
[Niels Schrieken, juli 2019]
Aphia ID:
117340
Gebied:
Nederland
Biotoop:
Brakwater
Project:
MOO