Zoekbeeld:
Grote, dunschalige rond-ovale zoetwatermossel die bijna net zo lang is als hoog. Tot 30 cm. Crème met een bruine opperhuid. Binnenzijde met glanzend zilverwit parelmoer. De onderrand loopt nergens recht. Beide kleppen zijn bol. Indien gedroogd barsten de schelpen meestal.
Kenmerken:
Afmeting: Schelp 30 x 27 cm. Meestal wat kleiner.
Kleur: Crème met een bruine tot zeer donkerbruine opperhuid. Binnenzijde met glanzend zilverwit parelmoer.
Sculptuur: Aan de buitenzijde wel vrij regelmatige groeilijnen, maar geen verdere sculptuur. Op de top zijn warrige ribbels te zien (umbonale rugae). Deze kunnen bij zoetwatermossels per soort verschillen.
Slot: Geen echte slottanden.
Binnenzijde: Twee ongeveer gelijke, wat verzonken spierindruksels. Geen mantelbocht.
Vorm: Grote, relatief dunschalige rond-ovale zoetwatermossel die bijna net zo lang is als hoog. De onderrand loopt nergens recht. Beide kleppen zijn bol. Indien gedroogd barsten de schelpen meestal.
Te verwarren met:
Vanwege de grote afmetingen en vooral de opvallend ronde vorm nauwelijks te verwarren met andere Nederlandse soorten. Schelpen van niet volgroeide exemplaren kunnen hoogstens lijken op bolle, wat rondere exemplaren van de Zwanenmossel Anodonta cygnaea.
Areaal en verspreiding:
Exoot. Oorspronkelijk afkomsig uit Oost-Azië uit de Amur en Jangtsekiang en daarmee verbonden rivieren en wateren. In ons land ingevoerd en verwilderd. Wordt in tuincentra als aquarium- en vijverdier verkocht en is van daaruit vermoedelijk 'gedumpt', dan wel ontsnapt naar het wild. Voor het eerst gevonden in België in 1999 en later ook in ons land.
Habitat en ecologie:
Leeft zowel in bijna stilstaande als beworgen wateren, waaronder snelstromende rivieren. De dieren kunnen meer dan 10 jaar oud worden en zich al voortplanten in het eerste levensjaar als ze slechts 4 cm zijn. Hoewel het een zoetwatersoort is, wordt enige verzilting verdragen. Net als andere zoetwatermossels is er een parasitisch beginstadium waarbij de zogenaamde glochidiumlarve zich aan een gastheervis hecht. Dat kunnen diverse inheemse of uitgezette vissoorten (karpersoorten) zijn. Inmiddels bekend van meerdere vindplaatsen, vooral vijvers, sloten en andere, vaak kleinere stilstaande, vaak rijk begroeide wateren.
Literatuur:
Gmelig Meyling, A.W., C.M. Neckheim & R.H. de Bruyne, 2022. Exotische weekdieren uit brak en zoet water en de Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF). Zoekbeeld 12(1) B. (Special exotische zoet- en brakwaterweekdieren). Stichting ANEMOON pp: 40 pp.
Auteurs:
IvL & RHB 2024
Gebied:
Nederland
Biotoop:
Zoetwater