Zoekbeeld:
Tienarmige inktvis. Niet inheems. Mariene soort. Inwendig rugschild.
Zeer slank met chitineuze kap en ring rondom. Geen rostrum. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Het rugschild is ten minste
één keer op het Nederlandse strand aangetroffen.
Kenmerken:
Afmetingen: Tot 9 cm lang.
Schelpkleur: Kalkwit.
Schelpvorm: slank rugschild, met bij verse schelpen een chitineuze kap over de caudale zijde en rondom eveneens een chitineuze rand. Rostrum niet zichtbaar
Sculptuur:
Schelp: aan de ene zijde zacht, met brosse lamellen, de andere hard,
korrelig.
Overig: Deze inktvissoort leeft zeker niet in de Noordzee. Door
het goede drijfvermogen kunnen de rugschilden over
grote afstanden vervoerd worden.
Te verwarren met:
Andere niet-inheemse zeekat-schilden. Herkenbaar aan o.a. de slanke schelp en bij verse schelpen de chitineuze kap over de caudale zijde en de chitineuze ring in omtrek om het schild (bij het in Nederland gevonden exemplaar verdwenen). Geen uitstekend rostrum
Areaal en verspreiding:
West-Afrikaanse kust. In hoeverre het bij het aangespoelde materiaal gaat om een van
ver aangedreven rugschild dat op een natuurlijke wijze op onze kust is
beland, of om afval van bijvoorbeeld een aan boord van een schip
genuttigde inktvismaaltijd, is niet te achterhalen.
Habitat en ecologie:
Pelagische soort. Leeft niet in de Noordzee.
Literatuur:
Heij, A. de & J. Goud, 2013. Hoofdstuk 11
Inktvissen - Cephalopoda: 327-340. In: Bruyne, R.H. de, S.J. van Leeuwen,
A.W. Gmelig Meyling & R. Daan (red.), 2013. Schelpdieren van het
Nederlandse Noordzeegebied. Ecologische atlas van de mariene weekdieren
(Mollusca). Tirion Uitgevers, Utrecht en Stichting Anemoon, Lisse 414 pp.
Auteurs:
[IvL feb 2014]
Aphia ID:
225586
Gebied:
Nederland
Biotoop:
Zoutwater
Project:
SMP|ANM