Search
Search
 
Zoeken
 
 
Zoeken
Biotoop
Project
 
   
 
Groepen
 
 
 
   
 
Soorten
 
 
Data pager
Data pager
1
Page size:
PageSizeComboBox
select
 7 items in 1 pages
ZoekbeeldKenmerken
               
Data pager
Data pager
1
Page size:
PageSizeComboBox
select
 7 items in 1 pages
Blauwe haarkwal
Cyanea lamarckii

Blauwe haarkwal
Cyanea lamarckii

Schijfkwal. Mariene soort. Tot 30 cm in doorsnede. Kenmerkend zijn de wratjes/bultjes op de hoed en het ontbrekenvan gaatjes in de spieren bij dieren >8cm doorsnede. Van kleurloos tot zilverachtig lilablauw, soms meer geel. De soort heeft een platte, schotelvormige scherm (hoed) met 20 of meer (tot 32) lobben, waaraan circa 60-65 dunne, haarachtige tentakels zitten. Kan pijnlijk steken (netelen).

Main Image
 
Cyanea lamarckii 

Schijfkwal. Mariene soort. Tot 30 cm in doorsnede. Kenmerkend zijn de wratjes/bultjes op de hoed en het ontbrekenvan gaatjes in de spieren bij dieren >8cm doorsnede. Van kleurloos tot zilverachtig lilablauw, soms meer geel. De soort heeft een platte, schotelvormige scherm (hoed) met 20 of meer (tot 32) lobben, waaraan circa 60-65 dunne, haarachtige tentakels zitten. Kan pijnlijk steken (netelen).

Afmetingen: Tot 30 cm in doorsnede.
Kleur: Blauw, soms met zilverwit. Gele exemplaren komen echter ook voor.
Vorm: Platte, gelei-achtige kwal met een schotelvormig scherm. Vanuit het midden lopen radiaire lijnen naar de rand van het scherm. De schijf heeft 32 lobben waaraan circa 60-65 dunne, haarachtige tentakels zitten. Deze tentakels bevatten netelcellen en kunnen zeer lang worden. Onder de schotel bevinden zich vier geplooide mondarmen, die korter zijn dan de tentakels. De rand van de schotel heeft 32 lobben.
Overig: De draadvormige tentakels van haarkwallen kunnen ook voor de mens pijnlijk steken. Desondanks hebben deze en andere kwallen bij nadere beschouwing prachtige vormen. Ze kunnen zich uiterst gracieus door het water bewegen. De in Nederland aanspoelende kwallensoorten zijn, zoals terecht aangehaald door Ates (2004), zeker niet “dom, blind en dodelijk”.

 

Vanaf het Noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (IJsland, Noorwegen, Oostzee) via het Kattegat, de Noordzee, Britse Eilanden en Ierse Zee tot in de Golf van Biskaje. In Nederland regelmatig in de kustwateren van de Waddenzee en Oosterschelde en langs de Noordzeekust. Van de beide uit ons land bekende soorten haarkwallen komt de Blauwe haarkwal het meest langs de Nederlandse kust voor. Het poliepstadium van deze soort is in het wild nog niet waargenomen.

De schijfkwal, het kwalstadium van deze soort, beweegt zich vrij in de waterkolom. De kwalpoliepjes groeien op hard substraat. Haarkwallen hebben gescheiden geslachten. Na bevruchting verlaten de planula-larven de kwal en zoeken een plek om zich te vestigen. Het grootste deel van hun leven brengen kwallen door als poliepje op harde substraten op de zeebodem, welke zich ongeslachtelijk kunnen voortplanten. Het kwalstadium, waarin de soort zich geslachtelijk voortplant, duurt ongeveer een half jaar.
De poliepen eten dierlijk plankton, zoals roeipootkreeftjes, vislarven en andere kwallen. Volwassen dieren in het kwalstadium vangen ook grotere prooien, waaronder visjes, die met de netelcellen verdoofd worden en daarna door de tentakels naar de mondopening gebracht worden.

De blauwe haarkwal is een van de vroegst aan de kust optredende kwallensoorten; de piek in aantallen is meestal tussen april en juni.

135302
NederlandZoutwaterMOO|SMP
Gele haarkwal
Cyanea capillata

Gele haarkwal
Cyanea capillata

Schijfkwal. Mariene soort. Tot ca 50 cm in doorsnede Vaak geelachtig, maar lang niet altijd: kleurloos tot bruinrood komt ook voor. Plat, schotelvormig scherm (hoed), door insnijdingen in meestal 16 (tot 20) geplooide lobben verdeeld. Moeilijk te onderscheiden van de Blauwe haarkwal. Verschillen o.a. in septen van de kringspier en radiale rijen gaatjes in de spieren. Zeer veel dunne, haarachtige tentakels (meer en langer dan Blauwe haarkwal) Steekt zeer pijnlijk. Relatief zeldzame soort op onze kust.

Main Image
 
Cyanea capillata 

Schijfkwal. Mariene soort. Tot ca 50 cm in doorsnede Vaak geelachtig, maar lang niet altijd: kleurloos tot bruinrood komt ook voor. Plat, schotelvormig scherm (hoed), door insnijdingen in meestal 16 (tot 20) geplooide lobben verdeeld. Moeilijk te onderscheiden van de Blauwe haarkwal. Verschillen o.a. in septen van de kringspier en radiale rijen gaatjes in de spieren. Zeer veel dunne, haarachtige tentakels (meer en langer dan Blauwe haarkwal) Steekt zeer pijnlijk. Relatief zeldzame soort op onze kust.

Afmetingen: Tot ca. 50 cm in doorsnede (er zijn uit het buitenland aanzienlijk grotere exemplaren gemeld).
Kleur: Vaak geelachtig, maar lang niet altijd: kleurloos tot bruinrood komt ook voor.
Vorm: Vrij platte, gelei-achtige kwal met een schotelvormig scherm (hoed). De bij de Blauwe haarkwal aanwezige wratjes of bultjes boven op het scherm ontbreken. Het scherm is door insnijdingen in meestal 16 (tot 20) geplooide lobben verdeeld. Aan de binnenzijde van de hoed zitten kringspieren, die de pulserende beweging bij het zwemmen maken. De structuur van de kringspieren bij de Gele haarkwal verschilt van die van de Blauwe. Bij de Gele is de kringspier onderbroken door radiaire septen en (bij grote exemplaren) komen radiale rijen gaatjes in de spieren voor. Onder het scherm zit een zeer groot aantal lange, dunne, haarachtige tentakels, aanzienlijk meer dan bij de Blauwe haarkwal. Deze tentakels bevatten netelcellen.
Overig: De draadvormige tentakels van de Gele haarkwallen kunnen de mens uiterst pijnlijk steken.

 

Koudwatersoort met een zeer wijde verspreiding op het Noordelijk halfrond. Globaal gezien van de Poolzee, via de Westelijke Oostzee en de Noordzee tot de Franse kust. Ook aan beide Noord-Amerikaanse kusten tot Mexico en Californië. De Noordzee lijkt ongeveer in de zuidgrens van het verspreidingsgebied te liggen. De soort is in Nederland schaars tot zeldzaam (diverse meldingen hebben betrekking op gele vormen van de Blauwe haarkwal). Langs de Belgische en Noord-Franse kust nog zeldzamer. Over het poliepstadium is niets bekend.

Op het strand: vooral in de herfst te verwachten.

Vrij levend in de waterkolom. De kwalpoliepjes groeien op hard substraat. Gescheiden geslachten. De poliepen eten dierlijk plankton. Volwassen dieren (kwalstadium) vangen grotere prooien als vissen en andere kwallen. Zie verder bij de Blauwe haarkwal. 135301NederlandZoutwaterMOO
Kompaskwal
Chrysaora hysoscella

Kompaskwal
Chrysaora hysoscella

Schijfkwal. Doorsnede hoed tot 35 cm. Parapluvormig lichaam, geelwit doorschijnend met kenmerkend patroon van V-vormige, bruinrode strepen, dat doet denken aan een kompasroos. 24 randtentakels in 8 groepen van 3. Dunne tentakels en vier met franjes bezette mondarmen, die langer en dikker zijn dan de tentakels. De dieren kunnen pijnlijk steken (netelen). 

Main Image
 
Chrysaora hysoscella 

Schijfkwal. Doorsnede hoed tot 35 cm. Parapluvormig lichaam, geelwit doorschijnend met kenmerkend patroon van V-vormige, bruinrode strepen, dat doet denken aan een kompasroos. 24 randtentakels in 8 groepen van 3. Dunne tentakels en vier met franjes bezette mondarmen, die langer en dikker zijn dan de tentakels. De dieren kunnen pijnlijk steken (netelen). 

Afmetingen: Hoed in doorsnede tot 35 cm. De draadvormige tentakels en de mondarmen kunnen een lengte bereiken van 2 meter. 

Kleur: Het lichaam van de Kompaskwal is melkachtig wit. De kleur van de 'kompaslijnen' is donker bruinrood tot donker paars. Het patroon van de strepen doet denken aan een kompasroos, de strepen zijn vaak V-vormig, waarbij de punt van de V naar het centrum van de hoed wijst. De lobben aan de rand van de hoed hebben ronde vlekken in dezelfde kleur. Ook de basisstreng van de mondarmen waarop de franje is 'geplaatst' heeft deze kleur.
Vorm: Doorschijnend parapluvormig lichaam. De rand van de hoed heeft 32 lobben. Onder deze rand bevinden zich 24 lange tentakels in acht groepen van drie. Onder de hoed zijn vier van franjes voorziene mondarmen te zien, die langer zijn dan de tentakels.
Overig: De dieren kunnen ook voor de mens pijnlijk steken (netelen).

 

N.O. Atlantische Oceaan, van de Zweedse westkust, Kattegat, Noordzee, tot in de Middellandse Zee. In de Nederlandse kustwateren algemeen van het voor- tot het najaar, het meest algemeen in zomermaanden en najaar. Noordzee, Oosterschelde.

Volwassen dieren zwemmen en zweven enkele decimeters tot meters beneden het wateroppervlak. De Kompaswal komt vaak in grote groepen voor. Het voedsel bestat uit kleine visjes en andere zeedieren, die met de tentakels worden verdoofd en gevangen.
De dieren veranderen gedurende het leven verschillende malen van geslacht. Meestal zijn ze eerst mannelijk, vervolgens hermafrodiet en later vrouwelijk van geslacht. De eieren van de kwal worden in de maagholte bewaard tot de eerste larvale stadia zijn doorlopen. Dit in tegenstelling tot veel andere schijfkwallen, die de eieren direct in het water afzetten. Bij de Kompaskwal worden de eieren in het 'moederdier' bevrucht, de daar uitkomende Planula-larven worden vervolgens (pas) in het water afgegeven. In het hermafrodiete stadium is zelfbevruchting mogelijk. Na een planktonisch stadium zetten de Planulalarven zich op de zeebodem vast.

De poliepen van deze kwal snoeren jongen kwallen af (strobuleren) in de winter. Volwassen dieren worden langs onze kust waargenomen van april t/m september, met een duidelijke piek van juli t/m augustus.135304NederlandZoutwaterMOO
Kruiskwal
Gonionemus vertens

Kruiskwal
Gonionemus vertens

Schijfkwal. De diameter van de schotel is 2 tot 4 centimeter. Lengte van de tentakels tot ca. diameter van de schotel. Schotel geheel doorschijnend. Kenmerkend zijn de geelbruin tot oranje geslachtsorganen die een kruisvormen. De tentakels zijn bruin en tonen op 4/5 deel een kronkel. Op de rand van de schotel, aan de basis van de tentakels bevinden zich gele tot groene stipjes.
Main Image
 
Gonionemus vertens  Schijfkwal. De diameter van de schotel is 2 tot 4 centimeter. Lengte van de tentakels tot ca. diameter van de schotel. Schotel geheel doorschijnend. Kenmerkend zijn de geelbruin tot oranje geslachtsorganen die een kruisvormen. De tentakels zijn bruin en tonen op 4/5 deel een kronkel. Op de rand van de schotel, aan de basis van de tentakels bevinden zich gele tot groene stipjes.

Afmetingen: De doorsnede van de schotel van volwassen exemplaren is 2 tot maximaal 4 cm. De tentakels kunnen een lengte bereiken die ongeveer gelijk is aan de doorsnede van de schotel.

Kleur: Geheel doorschijnend. De geslachtsorganen (gonaden) zijn bruin, geel tot oranje. Op de rand van de schotel bevinden zich fluoresceren gele tot groene stipjes op de plaats waar de tentakels ontspringen. Over ieder van de vier geslachtsorganen loopt een dunne bruine tot violette streep: een radiaalkanaal. De tentakels zijn donker tot lichtbruin.

Vorm: Klokvormig tot schotelvormig afhankelijk van het moment in de zwembeweging. Vlak onder de heldere glasachtige schotel is een bruin kruis te zien. Dit zijn de geslachtsorganen. Daarover loopt een dun paarsgekleurd radiaalkanaal.

Voor volwassen exemplaren geldt dat aan de rand van de schotel doorgaans 60 tot 80 tentakels ontspringen. Deze kunnen verschillende lengtes hebben. Het maximum aantal tentakels is ca. 110. Op 4/5 van iedere tentakels is een opvallende kronkel of knik zichtbaar, daar bevindt een hechtschijfje, waarmee het dier zich tijdelijk kan hechten aan wier of zeegras.

Centraal onder het lichaam zit de maag. Deze eindigt in een wat getuite mond met radiaire violette strepen en witte mondlippen met fijne franjes.

Extra: Aanraking met dit dier kan nare gevolgen hebben, waaronder allergische reacties, spierkrampen, zwellingen van de keel, druk op de borst en ademhalingsproblemen. Raadpleeg bij heftige reacties een arts. Bij heftige reacties kan ziekenhuisopname noodzakelijk zijn.

 De Kruiskwal is zeldzaam. De soort is waargenomen in de Oosterschelde, het Grevelingenmeer, het Veerse Meer en Goesse Meer en diverse brakwaterkanalen in Zeeland.Kruiskwallen zijn vooral te vinden tussen zeegras en wieren waaraan ze zich kunnen hechten, maar ze kunnen ook pelagisch worden aangetroffen. De soort leeft in de getijdenzones met wieren of zeegras. De dieren kunnen ook worden gevonden in afgesloten brakke en zoute wateren. 117768NederlandZoutwater|BrakwaterMOO|Exoten
Oorkwal
Aurelia aurita

Oorkwal
Aurelia aurita

Schijfkwal. Mariene soort. De voortplantingsorganen zijn de 'vier' oren onder de hoed waaraan de kwal de naam te danken heeft. Doorsnede tot 40 cm met vele korte tentakels langs de rand van de hoed. Onder de hoed een ronde mondopening en vier geplooide armen. 
Main Image
 
Aurelia aurita Schijfkwal. Mariene soort. De voortplantingsorganen zijn de 'vier' oren onder de hoed waaraan de kwal de naam te danken heeft. Doorsnede tot 40 cm met vele korte tentakels langs de rand van de hoed. Onder de hoed een ronde mondopening en vier geplooide armen.      135306NederlandZoutwaterMOO
Oorkwal poliep
Aurelia aurita

Oorkwal poliep
Aurelia aurita

De poliep van de Oorkwal is een wit trechtervormig buisje. Aan de onderkant is het buisjes smal en aan de bovenkant verbreed, met op de rand lange tentakels. De dieren hangen vaak onderste boven aan de onderkant van overhellende rots. Omdat ze vaak in grote groepen bij elkaar worden gevonden spreken duiikers van 'witte veldjes'.  
Main Image
 
Aurelia aurita De poliep van de Oorkwal is een wit trechtervormig buisje. Aan de onderkant is het buisjes smal en aan de bovenkant verbreed, met op de rand lange tentakels. De dieren hangen vaak onderste boven aan de onderkant van overhellende rots. Omdat ze vaak in grote groepen bij elkaar worden gevonden spreken duiikers van 'witte veldjes'.  

Afmetingen: De poliep van de Oorkwal is een trechtervormig buisje tot 2 centimeter hoog. Het voetje is niet meer dan twee milimeter groot terwijl het breede gedeelte van het trompetje zo'n vijf milimeter groot kan worden. De tentakels kunnen tot ruim een centimeter lang worden.
Kleur: De popiepen zijn altijd volledig wit. VoortplantingVan april tot juni en afhankelijk van de zeewatertemperatuur snoeren de poliepen kleine kwallen (ephyra's) af. Dit proces wordt strobulatie genoemd. In drie à vier maanden ontwikkelen de afgesnoerde kwalletjes zich tot volwassen exemplaren. 

 Poliepen van de Oorkwal lijken een voorkeur te hebben voor mondingen van rivieren en kunnen verder op alle plaatsen langs onze kust worden waargenomen waar weinig stroming is. Het is opvallend dat poliepen van de Oorkwal in de Grevelingen zeer veel worden waargenomen in tegenstelling tot de volwassen dieren. In de Oosterschelde is dat beeld net anders om. Daar zijn Oorkwallen in de periode april tot juni in de meeste jaren zeer talrijk, terwijl de poliepen relatief weinig worden opgemerkt.De poliepen van de Oorkwal worden vooral aangetroffen op plaatsen met een geringe waterstroming, meestal aan de onderzijde van overhangende stenen.  135306NederlandZoutwaterMOO
Zeepaddestoel
Rhizostoma pulmo

Zeepaddestoel
Rhizostoma pulmo

Schijfkwal. Zeewater. Een vrij grote kwal, met een dikke 'huid'. De hoed is nogal bol van vorm. Doorsnede tot 90 cm.
 
Main Image
 
Rhizostoma pulmo Schijfkwal. Zeewater. Een vrij grote kwal, met een dikke 'huid'. De hoed is nogal bol van vorm. Doorsnede tot 90 cm.
 

Afmeting: 
Kleur:
 De kleur is witblauw. Langs de rand zitten ongeveer 80 lobben, die paarsblauw van kleur zijn. De mannelijke geslachtsorganen zijn blauwachtig, de vrouwelijke bruin.
Vorm: 
Een vrij grote kwal, met een dikke 'huid'. De hoed is nogal bol van vorm. Doorsnede tot 90 cm. De 8 dikke tentakelachtige mondlappen rond de mondopening zijn heel karakteristiek van vorm. 
Overig: Deze soort heeft geen echte tentakels en netelt ook slechts licht. 

 Zeepaddenstoelen komen voor van de westelijke Oostzee tot aan de Middellandse Zee. Ze zijn heel algemeen in de Noordzee.Kwallen worden geboren uit zeer kleine poliepjes, op de bodem vastzittende 'boompjes', van slechts enkele millimeters. Direct onder de bovenaan zittende tentakelkransjes van de poliepen wordt de 'stam' steeds strakker afgesnoerd, een proces genaamd strobilatie, tot ze loslaten en vrij in het water terechtkomen. Die afgesnoerde delen groeien uit tot grote (schijf)kwallen die met de stroming worden meegevoerd en vaak in groten getale in zee of nabij de kust kunnen voorkomen. Met uitzondering van de Oorkwal weten we overigens nog maar heel weinig over de exacte groeiplaats van de poliepjes en dus over de geboorteplaats van de schijfkwallen die op onze stranden aanspoelen.Zeepaddenstoelen spoelen vaak massaal aan, vooral in de herfst.135299NederlandZoutwaterMOO
 
   
 
Instellingen
 
 


Kolommen
select
       
Indeling
select
        
Uiterlijk
select

Groepsnaam
select

Sortering groepsnaam
select



 
   

Diensten

Weekdieren (EU-Habitatrichtlijn)

Mariene soorten en ecologie

Contact

Stichting ANEMOON
Postbus 29
2120 AA Bennebroek

anemoon@cistron.nl

06-11442009

Back To Top