Search
Search

Soorten

Weekdieren

Gebogen traliemossel
Tweekleppige uit brak water. 2-4 cm (tot 6 cm). Geelwit met blauwachtige zweem, de tralievormige ribben zijn donker zwartbruin. Binnenkant paarsbruin. Opperhuid bruin, dun, schilferig. Oppervlak met sterke uitwaaierende ribben. Zeer jonge exemplaren langwerpig met ribben, exemplaren van 1-2 cm driehoekig, vrij plat met de top duidelijk omgebogen. Grotere exemplaren worden wat langwerpiger. Onderrand met inbochting. Exoot, in 2018 ontdekt in het Noordzeekanaal.

[Lees verder...]


Xerotricha conspurcata
Terrestrische (land-) huisjesslak. Huisje 6,5 x 4 mm. Lichtbruin tot créme en grovere donkerbruine vlekken. Aan de onderzijde soms onderbroken banden. Samengedrukt kegelvormige schelp met 4-5 windingen. Topwindingen iets samengedrukt. Mondopening ovaal, iets breder dan hoog, geen verdikking. Navel ongeveer 1/6 van de totale breedte. Oppervlak met onregelmatige ribben en groeilijnen. Op het huisje duidelijke, gebogen, stugge haartjes. Bekend uit Zeeuws Vlaanderen. Ingevoerde, niet inheemse soort.

[Lees verder...]


Aziatische mossel
Mariene tweekleppige. Glanzend geelgroen, met bruinrode strepen en vlekken. Gemiddeld 20 mm. Langwerpig, soms wat hoekig. Top duidelijk een stukje van de voorrand afliggend. De voorrand is zwak geribd. Het deel aan de achterzijde is ribbelvrij. Spint langgerekte bossen byssusdraden. Op zachtere modderbodems vormen deze lange 'nesten' waarin meerdere mosseltjes leven. In 2018 waargenomen nabij Goes. Exoot uit West-Pacifisch gebied.

[Lees verder...]


Samengedrukte erwtenmossel
(Erwtenmossels zijn voor niet-kenners nogal lastig van elkaar te onderscheiden). Kleine, matig stevige schelpen. 2-2,5 mm (zelden tot 3,5). Wit tot geelwit. Driehoekig indien volwassen, meer rond-ovaal indien jong. Rondom de top (umbo) zit een opstaande, relatief dikke, ronde richel (plica). Verder sculptuur bestaat uit vage groeilijnen. Het grootste deel van het schelpoppervlak heeft een hoge dichtheid aan kleine gaatjes (poriën). In 1993 voor het eerst in Nederland, pas onlangs (2018) als aparte - exotische - soort herkend. Inmiddels op veel plaatsen in onze zoete binnenwateren aanwezig.

[Lees verder...]


Japanse zeepbelslak
Mariene huisjesslak. Slakken bruinachtig, tot 20 mm. Schelp deels door mantelflappen van het lichaam bedekt. Achter op de kop twee lange, platte kopaanhangsels. Slakkenhuis tot 13 mm, zeer dun en opgeblazen. Bijna kleurloos, vuilwit, soms wat hoornachtig. De laatste winding sluit de voorgaande in. Mondopening groot, naar boven smaller wordend. Oppervlak glad, met alleen groeilijnen. Het lichaam kan niet geheel in de schelp worden teruggetrokken. Sinds 2018 in het Veerse Meer bij Wolphaartsdijk, mogelijk ook elders. Exoot uit (o.a.) Japan.

[Lees verder...]


Verborgen vlokslak
zie aangepaste velden


Lichte aardslak
zie aangepaste velden


Gekrulde vlokslak
Zeenaaktslak. Cerata duidelijk afgeplat, breed aan de basis en in duidelijke rijen. De cerata krullen naar binnen. 

[Lees verder...]


Wegslakken
Landslak. De tekening van de grote wegslak en de rode wegslak kan aanzienlijk verschillen, maar de rode rand om de voet is karakteristiek voor deze soort. 

[Lees verder...]


Zeespriet-kroonslak
Zeenaaktslak. Grootste kroonslak van Nederland, tot 30 mm. Rhinoforen (reuksprieten) staan in een kroonvormige schede op de kop. Op de randen van deze schede zijn zwarte vlekjes aanwezig. Cerata, met daarop wrachtachtige tuberkels, staan in twee rijen van 5-8 papillen, gepaard aan weerszijden van de rug. Lichaam geelroze tot geelgroen. Een onderscheidende kenmerk is de aanwezigheid van zwart getipte knobbeltjes aan de zijkanten van het lichaam en op de cerata. Deze knobbeltjes kunnen ook op de rugzijde voorkomen. De Zeespriet-kroonslak voedt zich exclusief met Zeespriet (Nemertesia antennina) en is daarom te vinden op locaties waar Zeespriet voorkomt. Het eisnoer wordt op de stam van Zeespriet afgezet.

[Lees verder...]


Witgezoomde knuppelslak
Zeenaaktslak. Tot ongeveer 23 mm. De rug is dicht bezet met gezwollen papillen, gerangschikt in tot 11 schuin oplopende rijen, alle met een spitse punt. Aan de zijkanten is de voet dicht bezet met korte en minder gezwollen papillen. Schaars. Noordzee, Oosterschelde, Grevelingenmeer.

[Lees verder...]


Gaudy natica
see customfields


Great Tellin
see custom fields


Fuzzy chiton
To 7.5 cm. Girdle crowded with calcareous spines of different forms and sizes. Valves brown with white bands, often eroded. Lives high in the intertidal, on rocks.

[Lees verder...]


Hendersons Lucine
Moderately inflated valves; three anterior sulci and one posterior sulcus reaching from beaks to ventral margin; concentric sculpture of erect lamellae with numerous secondary concentrics in each interspace; and prosogyrate umbos projecting above the shell body. 

[Lees verder...]


Kristalwitte eierroofslak
Zie aangepaste velden


Common Octopus
See custom fields


Common Goose Barnacle
See custom fields


Ornate Elysia
See custom fields


Geplaats in: Soorten, Weekdieren
Rough Fileclam
See custom fields


Pagina 1 van 16Eerste   Vorige   [1]  2  3  4  5  6  7  8  9  10  Volgende   Laatste   

Diensten

Weekdieren (EU-Habitatrichtlijn)

Mariene soorten en ecologie

Contact

Stichting ANEMOON
Postbus 29
2120 AA Bennebroek

anemoon@cistron.nl

06-11442009

Back To Top