Search
Search

Soorten

Artikelen februari 2014

Pontische stroomgrondel

Zoetwatervis. Ook in brak water. Tot ca 20 cm (♂ 19,5 cm/♀ 12,8 cm). Lichte kleur, lijkt doorschijnend. De kop is relatief puntig en vrijwel even breed als hoog. Twee rugvinnen, voorste rugvin met 5-7 harde vinstralen, achterste met één harde en 14-17 zachte vinstralen. De achterste rugvin en de anaalvin lopen schuin af. Borstvinnen vergroeid tot zuignap. Leeft vooral voor op zand waarin de dieren zich kunnen ingraven.

[Lees verder...]


Geplaats in: Soorten, Vissen
Zwartbekgrondel

Zoetwatervis. Ook in brak water. Tot circa 25 cm, in zoet water meestal kleiner. In de rugvinnen is een roestbruin bandenpatroon zichtbaar en in het achterste deel van de voorste rugvin zit een zwarte vlek. Op de rug vier grotere bruine vlekken en 8-9 donkere vlekjes op de zijkant. In de paaitijd (april-september) krijgt het mannetje  een zwart lichaam. In 2004 voor het eerst in Nederland in de Lek. Inmiddels in alle rivieren en daarmee verbonden wateren. Zwaartepunt in het beneden rivierengebied en Noordzeekanaal.

[Lees verder...]


Geplaats in: Soorten, Vissen
Marmergrondel

Zoetwatervis. Lichaam tot 12 cm groot. Grote grondelsoort. Twee rugvinnen, buikvinnen vergroeid tot zuignap. Kenmerkend voor de soort zijn de buisvormige neusopeningen. In het paaiseizoen kunnen de mannetjes geheel zwart worden. De rand van de achterste rugvin en staartvin kleuren dan wit tot roodomrand. Tussen de eerste en tweede rugvinstraal van de voorste rugvin komt in deze periode een geeloranje vlek.

 

[Lees verder...]


Geplaats in: Soorten, Vissen
Zebra-anemoon
Zie aangepaste velden


Rugschild Grote pijlinktvis
Tienarmige inktvis. Mariene soort. Inwendig gelegen gladius. Tot ca. 65 cm lang. Zeer dun, lang, uit plasticachtige chitine bestaande 'pijl', die na droging snel opkrult en verbrokkelt. Aan het uiteinde een lancetvormig puntje. Spoelt zelden of nooit aan, wel nog aanwezig in aangespoelde dieren (uitprepareren).

[Lees verder...]


Rugschilden Inktvissen
Inktvissen. Mariene soorten. Tienarmige inktvissen (Zeekatten ['Sepia's]; Pijlinktvissen; Dwerginktvissen) en Achtarmige inktvissen (Achtarmen [Octopussen]). Inktvissen zijn goede zwemmers die grote afstanden kunnen afleggen. Soms spoelen op de kust dieren aan, maar veel vaker losse rugschilden. Deze deels uit brosse kalk bestaande inktvisschelpen (soms ook wel Zeeschuim genoemd) zitten bij het levende dier inwendig, aan de rugzijde. Ze hebben een goed drijfvermogen en kunnen aanspoelen op grote afstand van de plaats waar het dier doodgegaan is. Soms spoelt ook de kalkloze, chitine-achtige gladius aan van pijlinktvissen.

[Lees verder...]


Inwendige schelp van de Posthoreninktvis
Tienarmige inktvis. Mariene (diepzee-)soort. Inwendige schelp. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Tot ca. 4 cm. Doorsnede buis: 8-13 mm. Matwit tot zilvergrijs, binnenkant glanzend zilver- tot geelgrijs parelmoer. In een plat vlak spiraalvormig losgewonden buis, met binnenin diverse schotjes. Buitenzijde vrij glad aan, met groeilijnen.

[Lees verder...]


Rugschild Gegroefde zeekat
Tienarmige inktvis. Niet inheems. Mariene soort. Inwendig rugschild. Tot 14,5 cm. Langwerpig met lengtegroeve in zachte zijde. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Het rugschild is ten minste één keer op het Nederlandse strand aangetroffen.

[Lees verder...]


Rugschild Slanke zeekat
Tienarmige inktvis. Niet inheems. Mariene soort. Inwendig rugschild. Zeer slank schild, 4x langer dan breed. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Het rugschild is ten minste één keer op het Nederlandse strand aangetroffen.

[Lees verder...]


Rugschild Japanse zeekat
Tienarmige inktvis. Niet inheems. Mariene soort. Inwendig rugschild. Tot 10,5 cm. Langwerpig-ovaal. Oppervlak aan harde zijde vrij glad Geen rostrum, wel met chitineuze kap. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Het rugschild is ten minste één keer op het Nederlandse strand aangetroffen.

[Lees verder...]


Rugschild Afrikaanse zeekat
Tienarmige inktvis. Niet inheems. Mariene soort. Inwendig rugschild. Zeer slank met chitineuze kap en ring rondom. Geen rostrum. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Het rugschild is ten minste één keer op het Nederlandse strand aangetroffen.

[Lees verder...]


Rugschild Gebochelde zeekat
Tienarmige inktvis. Mariene soort. Inwendig rugschild. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Het rugschild is ten minste één keer op het Nederlandse strand aangetroffen.

[Lees verder...]


Rugschild Indische zeekat
Tienarmige inktvis. Niet inheems. Mariene soort. Inwendig rugschild. Behoort zeker niet tot de Nederlandse fauna. Het rugschild is ten minste één keer op het Nederlandse strand aangetroffen.

[Lees verder...]


Rugschild Gewone pijlinktvis
Tienarmige inktvis, mariene soort. Inwendig rugschild (gladius). 35 cm lang. Veervormig, plasticachtig chitineus, zonder kalk, met een langere steel en een brede schacht over het grootste deel van de lengte. Bij mannetjes is de lengte-breedte verhouding 8:1, bij vrouwtjes 5:1. De gladius spoelt vooral in augustus aan, vaak in de eblijn.

[Lees verder...]


Rugschild Gedoornde zeekat
Tienarmige inktvis, mariene soort. Inwendig rugschild. Tot 10 cm. Geelbruin, vaak oranjeroze. Langwerpig-ovale kalkplaat, uitlopend in een zeer duidelijk, scherp, omgebogen puntje (rostrum). Aan de ene zijde zacht, aan de andere hard, korrelig. Rugschilden spoelen regelmatig aan, het dier leeft niet in de Noordzee maar zuidelijker.

[Lees verder...]


Rugschild Sierlijke zeekat
Tienarmige inktvis. Mariene soort. Inwendig rugschild. Tot 8 cm. Vaak met geeloranje of meer rozige zweem. Langwerpige, lancetvormige kalkplaat. Het rostrum is niet of nauwelijks waarneembaar. De ene zijde is zacht, de andere hard, korrelig. Rugschilden spoelen regelmatig aan, het dier leeft niet in de Noordzee maar zuidelijker.

[Lees verder...]


Rugschild Zeekat
Tienarmige inktvis. Mariene soort. Inwendig rugschild. Tot ruim 40 cm. Wit, met rondom en aan het uiteinde bij het rostrum een geelbruin plastic-achtig vlies. Ovale, langwerpige kalkplaat. De ventrale (buik-) zijde is zacht, de dorsale (rug-) zijde harder. Spoelt regelmatig op het strand aan (zomer en najaar). Soms massaal.

[Lees verder...]


Driekleurige knuppelslak
Zeenaaktslak. Tot 45 mm. Relatief grote en plompe slak met een vrij groot aantal cerata. Semi-transparant, gelig of grijswit, rhinoforen met oranje waas, of dezelfde kleur als tentakels en cerata. Uiteinde cerata met wit puntje, een oranjegele ring en een smalle witte ring, die gezamenlijk de cnidosac maskeren. Rhinoforen en tentakels  glad. Op de rhinoforen geen bruine band, in tegenstelling tot de andere knuppelslakken. Zeldzaam, alleen bekend van de Klaverbank.

[Lees verder...]


Zeevis, eikapsel. Tekst nog in bewerking.

[Lees verder...]


Geplaats in: Soorten, Vissen
Eikapsel Blauwe vleet

Zeevis, eikapsel. Lengte ongeveer 2/3 x de breedte. Zonder hoorns gemiddeld 12 x 6 cm breed. Exemplaren op het strand na verdroging doorgaans zwart. Verse eieren brons- tot licht amberkleurig. Groot, langwerpig rechthoekig eikapsel met zowel aan de onder- als bovenkant korte hoorns. Oppervlak ruw, vezelig. Aan onderzijde tussen de hoorns een vlies. Zeldzaam op het strand. (Grotere exemplaren tot 20 cm of meer, horen vermoedelijk tot een andere soort: De Flapperrog).  

[Lees verder...]


Geplaats in: Soorten, Vissen
Pagina 1 van 3Eerste   Vorige   [1]  2  3  Volgende   Laatste   

Diensten

Weekdieren (EU-Habitatrichtlijn)

Mariene soorten en ecologie

Contact

Stichting ANEMOON
Postbus 29
2120 AA Bennebroek

anemoon@cistron.nl

06-11442009

Back To Top